Pennenvruchten
De jonge dichters van 6 STEM/TW lieten zich nu eens inspireren door een element uit de tabel van Mendelejev, dan weer door een gedicht van Marc zelf. Ze bekeken fragmenten uit het docudrama Genius (over Albert Einstein) en gingen vervolgens gezwind op zoek naar metaforen in wetenschappelijke tijdschriften. Inspiratie, zo benadrukte Marc, kan je overal vinden.
Tijdens het poëzieproject werd ook het genre van de stiftgedichten verkend want – belangrijke les – “schrijven is schrappen”. Daarnaast werd ook typografische poëzie (à la Paul van Ostaijen) neergepend en neergetekend. Mijlpaalmomenten zoals de 50 dagen en de Parijsreis werden op die manier vereeuwigd in visuele/vrije verzen.
Dat William Shakespeare en Francesco Petrarca ongeëvenaarde taalingenieurs waren, beseften de leerlingen toen ze zelf probeerden hun gevoelens en inzichten in het keurslijf van het sonnet te wringen.
Tijdens de haikuworkshops ontdekten de leerlingen dan weer dat meesterschap zich ook toont in de kunst van de beperking: in amper 17 lettergrepen (5 – 7 – 5) wordt een wereld aan betekenis opgeroepen. In het kader van Gedichtendag werd vervolgens een heuse “Tree of Haiku” gecreëerd. De taalboom – met de haiku’s als bloesems – kan nog steeds bewonderd worden in de wetenschapsgangen.